In september 1066 scheepte, mogelijk in het Normandische Barfleur, William ‘de Veroveraar’, een onwettige zoon van de bet-achterkleinzoon van Viking-koning Rollo, in op zijn vlaggenschip Mora. Dat schip was – mogelijk in Barfleur – gebouwd naar Vikingbeginselen, overnaads dus, met klinknagels en gelijke voor- en achtersteven. Schattingen van het aantal boten gaan van vierhonderd tot enkele duizenden, de meest reële schatting is zeven- à achthonderd.
Met zijn vloot wachtte hij wat noordelijker, in St Valéry-sur-Somme, enige tijd op gunstig weer. Hij landde op 28 september bij Pevensey op de zuidoostkust van Engeland en greep er de macht na op 14 oktober bij Hastings koning Harold II – van Deens Vikingbloed – gedood te hebben.
De boten
Van de boten waarmee zij de oversteek waagden zijn afbeeldingen bewaard gebleven op het Tapijt van Bayeux. Wie dit borduurwerk van zestig meter lang en vijftig centimeter breed gemaakt heeft is niet bekend, maar het vertelt in stripvorm het verhaal van de slag bij Hastings en de voorbereidingen daarvoor. Daardoor lijdt het geen twijfel dat de vloot waarmee William het Kanaal overstak, bestond uit overnaadse geklonken boten.
Einde Vikingtijd
De verovering van Engeland door Willem de Veroveraar wordt beschouwd als het moment waarop de Vikingtijd eindigde. De overnaadse scheepsbouw was nu volop doorgedrongen in Engeland en Normandië.
Wie
- 1028 – 1087
- Hertog van Normandië
- Verovert in 1066 Engeland